Verklaringsmodellen en metaforen

Verklaringsmodellen

  1. Somatosensorische amplificatie

De somatosensorische amplificatietheorie gaat er van uit dat patiënten hun aandacht richten op lichamelijke sensaties. Deze lichamelijke sensaties resulteren in cognities en emoties waarbij er lichamelijke attributies ontstaan. Attributies zijn verklaringen die iemand voor zichzelf maakt naar aanleiding van een gebeurtenis, waarbij men oorzaken toekent aan specifieke sensaties. Hierdoor worden de oorspronkelijke klachten versterkt en uitvergroot. Als gevolg hiervan ontstaat er een vicieuze cirkel van het onderhouden en versterken van lichamelijke klachten.

  1. Centrale sensitisatie

Het uitgangspunt van dit verklaringsmodel is dat voorgaande (herhaalde) prikkels van pijn en andere symptomen in het verleden het centrale zenuwstelsel gevoeliger maken voor deze prikkels. Hierbij spelen ook psychologische processen een rol. Sensitisatie kan er toe leiden dat normale lichamelijke processen worden ervaren als symptomen.

  1. Ontregeling van het immuunsysteem

De hersenen spelen een belangrijke rol in de immuunrespons. De hersenen reageren op ontstekingsmediatoren door het in gang zetten en ook weer stoppen van zowel lichamelijke veranderingen als gedragsveranderingen. Als de hersenen gesensitiseerd zijn voor ontstekingsmediatoren, door bijvoorbeeld herhaaldelijke ontstekingen, kan dit te sterke of te langdurige effecten hebben op lichamelijke processen en gedrag en zo bijdragen aan SOLK.

  1. Ontregeling van het stress hormoon systeem

Bij blootstelling aan psychische of lichamelijke stress wordt de HPA-as (hypothalamus-hypofyse-bijnier-as) geactiveerd. Hierdoor wordt er een aantal hormonen afgegeven, waaronder het hormoon cortisol. Bij patiënten met langdurige SOLK wordt gedacht dat er te weinig cortisol aanwezig is. Een mogelijke oorzaak ervan is blootstelling aan veel stress in het verleden.

  1. Ontregeling autonome zenuwstelsel

De directe respons op lichamelijke of psychische stress wordt in het lichaam verzorgd via het autonome zenuwstelsel, via zenuwbanen en de productie van hormonen. Dit model gaat er vanuit dat er verstoringen zijn in de functie van dit systeem, in het bijzonder in het weer uitschakelen van deze respons, die kunnen bijdragen aan SOLK.

  1. Niet-westerse modellen

 Verklaringsmodellen zijn cultuurgebonden. In westerse culturen overheerst het biomedische model: een ziektebeeld is te herleiden tot een stoornis in het lichaam of de geest. In niet-westerse culturen wordt vaak geen onderscheid gemaakt tussen lichaam en geest; oorzaken en oplossingen van problemen worden buiten zichzelf gezocht (goden of geesten). In Marokko wordt bijvoorbeeld van oudsher onderscheid gemaakt tussen ziekten die ontstaan door natuurlijke oorzaken (verstoringen van de balans tussen warm en koud), bovennatuurlijke oorzaken (contacten met djinns, demonen die in een wereld parallel aan mensen wonen) of menselijke oorzaken (het boze oog, tovenarij of magie).Sommige islamitische patiënten zien hun klachten vooral als het lot dat Allah op hun weg heeft gelegd en hebben niet het gevoel dat zij daar zelf actief iets aan kunnen doen. Gezondheid is niet maakbaar en ook niet een eigen verdienste, gezondheid is een gunst van Allah. In de oosterse geneeskunde wordt een disbalans in yin en yang-energie gezien als oorzaak van klachten.

Metaforen

  1. Alarm (inbraak of brand): er zit een storing in de draden van het alarm. Hierdoor heeft u nog steeds klachten terwijl de boosdoener al lang al weg is. Gelukkig kunnen de hersenen zich goed aanpassen, zodat we samen aan het herstel van de bedrading kunnen werken
  2. Griep: bij griep krijgen mensen klachten als koorts, spierpijn en vermoeidheid. Dit is om de indringers te lijf te gaan zodat je weer sneller beter wordt. Soms is het immuunsysteem ontregelt zodat de griepklachten blijven terwijl het virus al lang al weg is. Samen kunnen we kijken wat er nodig is voor verder herstel van deze klachten.
  3. Kapotte bedrading lampje benzinetank auto: het lampje dat de tank leeg is gaat branden terwijl er nog voldoende benzine in de tank zit. Dat komt door een verstoring in de bedrading die van de tank naar het dashboard loopt, te vergelijken met de zenuwbanen in het lichaam. Omdat het zenuwstelsel heel flexibel is kunnen we zorgen dat dit weer beter gaan werken.
  4. De emmer die overloopt omdat het kraantje te ver open staat: de emmer met alles wat u mee te dragen hebt is heel vol, er kan nog maar weinig bij. Als de kraan dan toch te ver open staat, gaat de emmer overlopen en krijgt u meer klachten. Samen kunnen we kijken hoe we kunnen voorkomen dat er teveel water uit de kraan komt of uw emmertje wat leger maken.
  5. Rivierbedding: in de hersenen zijn er paden die veel gebruikt zijn, dit zijn brede paden die gemakkelijk worden gebruikt, te vergelijken met diep in de grond ingesleten rivierbeddingen. Je kunt een omleiding naast de rivier maken. Als je daar steeds meer water door laat stromen wordt deze ook steeds breder en zal de andere rivierbedding dichtslibben.
  6. Te laag of te hoog afgestelde thermostaat, hierdoor is het altijd te koud of te warm in huis. Probleem zit niet in de verwarming zelf maar in de thermostaat.
  7. Zoomlens op een fototoestel, de aandacht wordt teveel op bepaalde klachten gericht waardoor deze uitvergroot worden. Het is zaak om de zoomlens ergens anders op te richten of flink uit te zoomen
  8. Fantoompijn: als een lichaamsdeel heel lang pijn heeft gedaan en je dit lichaamsdeel verwijdert kan de pijn nog flink blijven hangen, alsof het lichaamsdeel er nog is. Langzamerhand kan dat weer veranderen. Behandeling met spiegels helpt om de hersenen te leren dat het lichaamsdeel geen pijn meer doet.
  9. Braille leren: blinde mensen ontwikkelen hele gevoelige vingers om braille te leren, dit is een mooi voorbeeld van het aanpassingsvermogen van het zenuwstelsel. Je hersenen passen zich aan, je kunt nieuwe dingen leren of juist vergeten als je ze niet meer gebruikt.
  10. Je kunt klachten vergelijken met schulden: Als je een periode meer geld uitgeeft dan je binnenkrijgt, bouw je schuld op. Wanneer je daarna weer een tijdje spaart, loop je de schulden weer in. Maar als je jarenlang teveel blijft uitgeven, wordt de schuld alleen maar groter. Als je dan beslist om voortaan niet meer te gaan uitgeven dan je verdient groeit de schuld niet meer, maar betaal je hem ook niet af. Bij sommige mensen loopt de schuld zo op, dat ze uiteindelijk in de schuldsanering belanden. Na 3 jaar heel weinig te kunnen uitgeven worden de resterende schulden kwijtgescholden. De meeste mensen passen daarna voorgoed hun uitgavenpatroon aan om niet opnieuw zoveel schuld op te bouwen. Als je een periode wat extra inspanning levert, lukt dat vaak wel op je reserves. Maar als je jarenlang veel inspanning levert, of dat nu lichamelijk, geestelijk of emotioneel is, bouw je als het ware ‘schuld’ op in je energiehuishouding. Dit kan leiden tot klachten van uitputting, versterking van pijnklachten, verminderde scherpte in denken en onthouden etc. Als je dan vanwege je klachten wat gaat minderen in je inspanningen, voelt het alsof je al heel veel inlevert maar is dit vaak nog niet genoeg om de ‘schuld’ in te lossen en blijven je klachten dus bestaan. Pas wanneer je langdurig veel minder inspanning levert en zorgt voor veel rust en ontspanning kun je uiteindelijk weer een balans bereiken. En als dat gelukt is, zul je waarschijnlijk voorgoed je inspanningsniveau moeten aanpassen om niet opnieuw zoveel schuld op te bouwen.